Flashcard Info

Here you can learn everything about this flashcard

Europese talen in contact – Begrippenlijst - 091-120


Begrippenlijst - Studieversie met ca. 30 termen (van 156)


Multiple choice cards
Normal cards
Cards total
Category
Language
From
Taaltypologie
Definition: studie van formele en structurele overeenkomsten en verschillen tussen talen op synchroon vlak
Agglutinerende talen
Definition: morfologisch taaltype waarbij de woorden bestaan uit een opeenvolging van morfemen met elk één specifieke informatie (vb. Turks, Hongaars)
Alveolair
Definition: klank gevormd met de tong tegen de bovenste tandkas (alveolum), b.v. /d, t, n/, l/
Doublet
Definition: twee verschillende vormen met gemeenschappelijke etymologische oorsprong (erfwoord vs leenwoord). Vaak verschillende betekenissen
Dialectcontinuum
Definition: aangrenzende dialecten die min of meer vloeiend in elkaar overlopen, b.v. Westromaans of Continentaal Westgermaans (kwgm) dialectcontinuum
Depalatalisatie
Definition: het tegenovergestelde van Palatalisatie
Ronding
Definition: articulatie van klinkers met meer geronde lippen (labialisatie)
Spirantisatie
Definition: klankverandering waarbij een occlusief verandert in een fricatief of sibilant, zie ook lenitie
Clusterreductie
Definition: reductie (simplificatie) van een consonantcluster
Attrition
Definition: slijtingsproces van talen
Dissimilatie
Definition: klankverandering waarbij identieke of nauwverwante klinkers of medeklinkers minder op elkaar lijken, b.v. Nl. lepel vs. dial. leper
Flecterende talen
Definition: morfologisch taaltype waarbij de grammaticale functies worden uitgedrukt door toevoeging van morfemen aan de stam (verbuiging en vervoeging). Vaak bevat één enkel morfeem diverse informatie (→ ook ‘fusionerende talen’ genoemd)
Dochtertaal
Definition: taal die uit een oudere taal is ontstaan (de ‘moeder’)
Stemhebbend
Definition: eigenschap van medlinkers die met trilling van de stembanden geproduceerd worden (vs. stemloos), b.v. /b, d, g/ vs. /p, t, k/
Contacttalen
Definition: nieuwe talen die voortkomen uit een contactsituatie
Taalfamilie
Definition: talen die regelmatige overeenkomsten vertonen en waarvoor een gemeenschappelijke oorsprong gepostuleerd wordt
Apocope
Definition: verlies van een korte eindklinker
Isoglossenbundel
Definition: een paar isoglossen die op dezelfde plaats of zeer dicht bij elkaar lopen
Morfeem
Definition: kleinste eenheden van een taal die betekenis dragen
Enclise
Definition: postpositie bv. van het lidwoord
Basiswoordvolgorde
Definition: woordvolgorde die gebruikt wordt in onafhankelijke mededelende zinnen met nominale subjecten en objecten
Dentaal
Definition: klank gevormd door afsluiting of vernauwing bij de tanden
Ablaut
Definition: klinkerwisseling (bij sterke werkwoorden), zoals in Ned. vind, vond, Lat. ago, ēgi
Wrijfklank
Definition: zie fricatief
Stemloos
Definition: eigenschap van medeklinkers die zonder trilling van de stembanden geproduceerd worden (vs. stemhebbend), b.v. /p, t, k/ vs. /b, d, g/
Elisie
Definition: het wegvallen of weglaten van klanken, b.v. ’t is me wa’
Diafasie
Definition: situatiegebonden taalvariatie
Sprachbund
Definition: geografisch gebied van 3 of meer talen die gemeenschappelijke structurele kenmerken vertonen die het resultaat zijn van intens taalcontact en niet veroorzaakt zijn door genetische verwantschap, b.v. de Balkantalen (Grieks, Albanees, Romani, Bulgaars, Macedonisch, Roemeens en Turks)
Umlaut
Definition: verandering van een klinker onder invloed van een andere klinker (of soms ook medeklinker)
Diachroon
Definition: met betrekking tot taalverandering door de tijd heen. Tijdsgebonden taalvariatie
© 2025 MemoCard